En ineens was Prinses er weer. Na langdurige afwezigheid verscheen ze op een bijeenkomst. Ze vroeg mij naar de speler.
Ik stuurde hem een berichtje.
“Misschien wil je weten dat Prinses hier is.”
Hij stuurde Sjamaan bericht dat hij ziek was. Ik weersprak zijn smoezen nooit, dat was zijn eigen zaak. Prinses had de speler wel weer willen zien, vertelde ze, maar we hoorden van Sjamaan dat hij ziek was. Hij zou niet komen.
Zoals afgesproken ging ik na de bijeenkomst naar hem toe. Ik bracht de boodschap van Prinses over.
“Nee hoor, die vrouw wil ik niet zien.” was zijn reactie.
“Met wie kwam ze?”
“Ze kwam alleen binnen.”
Hij noemde de naam van iemand die vaak laat binnen kwam en die was ook dit keer weer laat gekomen.
“Dan is ze met hem gekomen en heeft hij in de auto zitten wachten om niet samen door de deur te gaan.”
“Dat kan.”
Ik had al eens gehoord wat diakenen over haar roddelden.
Die deden dit keer afstandelijk, maar ik had geen reden onvriendelijk met Prinses om te gaan.
“Mooi, als ze iemand heeft gevonden.” zei de speler. “Misschien krijgt ze nu ook een functie in de kerk.”
“Er zijn al zoveel functionarissen. Het is een kerk met een waterhoofd.”
“Functies en geld. Dat heb ik ook in andere gemeenten gezien.” suggereerde hij, “Het gaat ze erom zichzelf belangrijk te maken. Niet om god te dienen.”
De speler had ervaring met kerkgenootschappen. In zijn zoektocht naar de juiste kerk, had hij er al vele bezocht.
“Om geld kan het niet gaan.” vond ik, “De bijdragen in het kerkzakje zijn klein. Iedereen draagt een paar muntjes bij. De meesten pakken wat kleingeld, 50 cent muntjes, 20 cent, 1 of 2 euro. Het opgehaalde bedrag wordt niet bekend gemaakt, maar per keer halen ze niet meer op dan 50 euro denk ik, misschien honderd.”
“Je moest eens weten voor hoe weinig mensen willen stelen, roven, bedriegen.”
“Zo veel moeite voor zo weinig geld. Dat lijkt me niet logisch.”
Hoe weinig geld er in het kerkzakje ging kon niemand me vertellen. Nooit werden die bedragen verantwoord, maar het werd wel geteld en het bedrag opgeschreven. Op de dag na de dienst werd vaak gezegd dat het te weinig was, maar nooit hoeveel.
Kokkie had eerder dat geld beheerd. Tot kort geleden kookte ze nog 2 maal per week een rijsttafel voor de bezoekers en dan was er voldoende om nog maaltijden mee naar huis te nemen. Behalve de kerkbezoekers nam ook Kokkie zelf overgebleven eten mee naar huis. Dat vond ik niet vreemd. Iedereen die wilde at er van en het geld werd met dat doel beschikbaar gesteld door haar zelf, haar kinderen en de moederkerk. Ik had de bankrekening gezien.
Kokkie had het voedsel groter ingekocht dan voor maar 1 maaltijd, want zo kostten de inkopen minder tijd en geld. Ze had grote zakken rijst in huis. Telkens kleine pakjes rijst kopen zou duurder zijn. Ik was wel eens samen met haar gaan inkopen voor die maaltijden. Ze was er goed in om overal korting te krijgen. Op haar verzoek had ik wel eens vis gekocht op de markt. Kort voor de markt sloot, vroeg ik de handelaar wat de laatste vis kostte en kreeg het voor een goede prijs mee. Daar was ze blij mee geweest. Sjamaan bracht vaak eieren mee. Zij kocht verse groenten en fruit, sojaproducten, bonen, vis en kip. Zelf at ze vegetarisch, maar ze vond dat mensen moesten kunnen kiezen uit alles wat volgens de bijbel toegelaten voedsel was.
Thuis vulde ze koelkast en vriezer met voorraad om voor de kerk te koken, maar daar deelde ze ook wel eens wat van uit, aan mensen die het nodig hadden. Het collectegeld hield ze apart. De moederkerk betaalde per jaar een paar duizend euro voor zaalhuur, bloemen, drukwerk en eten. Alles werd met overboekingen en een bankpasje betaald en was dus controleerbaar. Ik had bankafschriften gezien.
Andere bestuursleden vonden dat Kokkie te veel aan het eten uitgaf. Ze wilden het geld anders besteden. Minder uitgaven voor de maaltijden, meer aan iets dat onduidelijk bleef. Er werd in de kerk iets gezegd over een kerkgebouw, maar daar hoefde die kleine gemeente niet voor te zorgen. Zaalhuur kostte ruim duizend euro per jaar. Dat werd door de moederkerk beschikbaar gesteld. Die kleine groep zou nooit genoeg geld hebben om een eigen gebouw neer te zetten en dat hoefde ook niet. Als de moederkerk dat nodig vond zou daar het budget vandaan komen. Maar ze vonden dat de maaltijden van Kokkie te veel geld kostten. Voortaan zou een andere vrouw die taak overnemen en een volgende werd penningmeester.
Zonder financiële verantwoording kreeg die vrouw een vast bedrag per week om het eten voor de bezoekers te verzorgen. Er was geen tweede dag meer waarop een maaltijd werd aangeboden. Het eten van de kerk leek in niets meer op de uitgebreide rijsttafel die Kokkie had verzorgd.
Het was een karige maaltijd waarvan overgebleven rijst of bami door de vrouw mee terug naar huis werd genomen om in te vriezen en een week later weer op te warmen voor de kerkbezoekers. Dat at ik liever niet. Sommige mensen kregen er diarree van.
De nieuwe maaltijdvrouw liet mensen niet kiezen wat ze op hun bord schepten. Geassisteerd door 2 andere vrouwen schepte ze bordjes op en gaf die aan de mensen die voor het eten in de rij gingen staan. Ze had commentaar, toen ik geen nasi op mijn bord wilde. Ik pakte zelf een bordje en deed daar alleen rauwkost, mais en gekookte bietjes op.
“U moet eten als iedereen.”
“Ik ben niet iedereen.”
“O, bent u zo bijzonder?”
“Iedereen is bijzonder.”
De schijven nepvlees wilde ik ook niet.
“Ik weet niet wat daar in zit.”
“Het is vegetarisch hoor.”
“Ik hoef het niet, bedankt.”
Ik heb nooit begrepen waarom vegetarisch eten moet lijken op vlees. De samenstelling van die vlees imitaties was onduidelijk, dus at ik dat liever niet.
Ze vroeg mij mee te helpen om borden vol te scheppen. Ik wilde niet.
“Dat kun je mensen beter zelf laten doen.”
Iemand die vroeg “no peppers” op te scheppen, werd gemaand:
“We eten allemaal het zelfde.”
De man legde uit dat hij er ziek van werd. Hij sprak Engels.
Ze reageerde met: “Probeert u het toch maar eens. Het is echt lekker.”
De man verstond geen Nederlands en haar Engels was te slecht om de man te begrijpen.
Ze gaf hem een bord met eten, zoals ze ook anderen aangaf. Dat ging me te ver.
“Je mag mensen geen eten opdringen dat ze niet willen.”
Kieskeurigheid wees ze af.
“Als iemand een allergie heeft, moet hij niet proberen toch te eten waarvoor hij allergisch is. Dat kan ernstige gevolgen hebben.” legde ik haar uit. “Je neemt een grote verantwoording als je voor anderen de bordjes opschept.”
“Maar het is niet erg peperig hoor.”
“In het Engels wordt ook paprika ‘pepper’ genoemd. Het is de zelfde plantenfamilie. Als iemand weet dat hij daar allergisch voor is, moet hij dat niet eten. Dan is het gevaarlijk het toch te gaan proberen.”
Ze twijfelde en werd iets minder opdringerig.
Dat ik allergisch ben voor banaan, bleef ze vergeten. Drie keer had ze ergens banaan in verwerkt, zonder me dat te zeggen.
Ik herkende een paar vaste producten van het pakket dat de voedselbank verstrekte. Die zag ik nu in de kerkmaaltijden, zoals die voortaan werden geserveerd. Kokkie lachte toen ik dat opmerkte. Zij wist me te vertellen, dat Prinses nog steeds eten van de voedselbank kreeg. Nu at de kerk van de voedselbank en Prinses deelde het budget voor de maaltijden met de nieuwe voedselvrouw.
Mij leek het dan nog onwaarschijnlijker, dat het die mensen om geld zou gaan. Als de paar tientjes van het budget voor een wekelijkse kerkmaaltijd gedeeld werden, dan ging het per persoon om erg weinig geld, dacht ik.
De speler vertelde dat de nieuwe penningmeester tijdens een gebedsbijeenkomst een enveloppe met geld gaf aan de vrouw die voortaan het eten verzorgde. Zij had gezegd dat er nog geen geld was gekomen van de moederkerk, zodat ze nu zelf haar huishuur niet kon betalen. Was het maaltijden budget zo hoog dat daar de huishuur van kon betaald?
(tekst © Vlierbloesem)
(Muziek © David Gilmore )
Dat mensen die geen vlees eten toch iets willen dat erop lijkt verbaasd me nog steeds. Net als de benamingen ervoor. maar goed ieder zijn ding . Zelf ben ik flexetarier en die keren dat ik vlees eet komt het bij een boer vandaan , die weliswaar niet zelf slacht, maar wel zijn eigen vlees verkoopt. Ook al gaat het hier niet om veel geld toch is het raar dat daar zo omzichtig mee omgegaan word en het lijkt een beetje stiekem wat de indruk geeft dat er mee gerommeld word. Johmar
LikeLike
Ik ben niet tegen vegetarisch eten. Tofoe en peulvruchten vind ik prima.
Van de vleesimitaties is bekend dat er geen vlees in zit, maar wat er wel in zit wil ik ook weten. Niet alle voedsel is veilig. Dus ik ben voorzichtig met voedsel dat iets anders moet lijken dan het is.
LikeLike
Ben er niet tegen, maar vind het wel bijzonder dat mensen die vegetarisch zijn willen dat iedereen stopt met vlees eten. Sommigen onder het mom dat ze tegen dierenmishandeling zijn , anderen vanwege het milieu. Prima ieder zijn ding , alleen is het wel zo dat veel van die mensen onbewust toch dierproducten gebruiken omdat ze geen idee hebben waarin dieren gebruikt worden, want buiten vlees blijft er bij de slacht heel veel over wat in andere producten gebruikt word en daar zijn er een heleboel van waar je het in eerste instantie niet verwacht. En dan heb ik het over non food producten. Johmar
LikeLike
Niet alle vegetariers zijn het zelfde natuurlijk.
LikeLike