Vroeger speelde hij kwalitatief betere instrumenten. Die zijn grotendeels verloren gegaan.
“In de Bijlmer huurde ik een kamer. Midden in de winter werd ik er uit gezet en mijn spullen ingepikt. Zo raakte ik voor het eerst een saxofoon kwijt. Een duur instrument. Als professionele speler heb je er altijd twee. Van de tweede werd de nek gestolen. Met een vervangend deel kreeg ik er geen goed geluid meer uit. Ik verkocht hem aan een handelaar en kreeg er heel weinig geld voor.” Hij ging instrumenten huren om toch zijn brood te kunnen verdienen. Nadat een gehuurde saxofoon werd gestolen had hij een schuld aan de verhuurder.
“Een woning kon ik niet huren, ik kwam niet aan de beurt. Altijd was het illegale onderhuur, geen zekerheid, geen contract. Als ik werd bestolen en op straat gezet kon ik er niets tegen beginnen. Daarom was ik blij dat ik dit huis kon kopen met mijn vrouw. Samen konden we het goed betalen. Eindelijk een veilige stabiele situatie. We waren er gelukkig mee. Ik kocht weer goede instrumenten en speelde veel. Ik was trots, alles ging goed, tot dat auto ongeluk en god me liet zien dat ik niets ben.”
Zijn vrouw dood, zijn wereld ingestort, vol van schuldgevoel. De pastor van zijn kerk vertelde hem dat de duivel werd opgeroepen door zijn instrumenten. Hij zou ze weg moeten doen. Commercieel optreden zou slecht zijn, hij zou alleen in de kerk mogen spelen op een nieuwe ongebruikte saxofoon. Hij geloofde het. Speelde alleen nog religieuze muziek op goedkope nieuw gekochte instrumenten.
Ik ontmoette hem toen hij al jaren niet meer had gespeeld en stimuleerde hem weer te oefenen, op te treden en open te staan voor nieuwe muziekstijlen, aan eigen composities te werken. Hij ging spelen op begrafenissen. Daarna ook op feesten en evenementen. Ontwikkelde zich. Genoot er van.
Het instrument dat hij gebruikte had een mondstuk dat was gebarsten, gerepareerd en weer kapot gegaan. Over de beschadiging plakte hij een sticker. Soms kwam dat los, dan was er niet meer op te spelen. Kortgeleden gebeurde dat op het podium, midden in een nummer. Zomaar stoppen en weglopen kon dan niet.
“Die mensen hebben betaald. Je moet ze geven. Toen ben ik maar gaan zingen. Het publiek dacht dat het nummer zo bedoeld was. Ik kreeg veel applaus, ze vonden het mooi, maar ik dacht dat ik in het podium verdween, voelde me misselijk worden. Het zweet droop van mijn gezicht. Ik voelde het vanuit mijn nek over mijn rug mijn bilnaad in lopen.”
Hij dacht dat een oud mondstuk tweedehands goedkoop zou zijn en ging op zoek. Maar de mondstukken die hij van vroeger kende waren nu gewilde vintage objecten waar professionals en verzamelaars op jagen. Ze overboden elkaar zodat het voor hem veel te duur werd. Op goed geluk had hij een goedkoop mondstuk besteld, maar dat was te slecht. Samen waren we al eens naar een winkel geweest die muziek instrumenten verkocht. Ze hadden een veelbelovende website, maar wat ze in werkelijkheid konden bieden viel tegen. Een oplossing leek niet mogelijk.
Zelf had ik geen verstand van saxofoons en alle specifieke delen, maar ik was gewend om voor een belangrijke aankoop onderzoek te doen. Ik vond documentatie over moderne 3D geprinte mondstukken van plastic, die aangepast aan de speler worden gemaakt. Erg duur. Maar van plastic kon dus een goede kwaliteit geproduceerd. Goedkope plastic modellen werden ook verkocht. Vaak waren die slecht, omdat vormgeving en afwerking niet deugden.
Na het bekijken van veel documentatie vond ik een betaalbaar model dat bij zijn saxofoon paste en waarvan de klank en bespeelbaarheid volgens professionals goed is. Goed genoeg voor serieuze leerlingen van muziek opleidingen en voor low budget muzikanten. De gevonden informatie stuurde ik hem door per email. We overlegden, hij twijfelde. Ik bestelde het toch en gaf het voor zijn verjaardag.
Hij pakte het uit, had er weinig vertrouwen in, maar probeerde het en was verrast. “Het is goed. Ik kan er mee spelen.” Hij was er blij mee. De video’s die ik eerder met hem had bekeken, waarop andere saxofonisten, andere stijlen, te horen waren, had hij intussen goed bekeken en beluisterd. Eén van de nummers had hij ingestudeerd en dat liet hij horen. Daarna speelde hij een eigen compositie. Ik vond het leuk, die privé voorstelling.
Hij liet me ook het verschil horen tussen het nieuwe mondstuk en het oude, met de beschadiging afgeplakt. Het was goed hoorbaar. Maar het nieuwe was goed genoeg, vond hij: “Je moet je aanpassen aan het mondstuk, door er mee te oefenen. Er moet ook een aangepast riet in, dan gaat het nog wat beter klinken.”
Hij blies er nog een nummer mee. “Dit mondstuk is goed”, zei hij. “Bedankt.”
“Als je veel speelt word je weer steeds een beetje beter. Het instrument is belangrijk, het moet goed genoeg zijn, maar de speler is het belangrijkste.”
“Ere wie ere toekomt. Alle eer aan de heer.”
“Dure instrumenten kunnen we nu geen van beiden betalen. Maar misschien ga je net als vroeger genoeg met je muziek verdienen om weer een echt goed instrument te kunnen kopen.”
Hij speelde nog een paar nummers. Ik zat eerste rang, zijn zoon kwam ook even kijken. Ik schonk vlierbessensap. Hij gaf een mooie voorstelling.
“De eerste keer dat ik je zag vertelde je me een andere leeftijd dan nu.
Waarom is dat?” vroeg ik.
“Ik zag je en dacht die vrouw gaat jonger zijn dan ik. Maar je zei dat je al 70 was. Toen voelde ik me zo’n kleine jongen. Ik dacht, dan zeg ik hoe oud ik dit jaar gá worden. Dat klinkt beter. Maar de woorden kwamen verkeerd uit mijn mond. Alsof ik al een jaar ouder wàs geworden.”
Hij had me al eens gevraagd of ik hem had geloofd toen hij zijn leeftijd meldde.
Ik zei “Ja”. Hij vroeg “Waarom?”
“Er was geen reden om te liegen.”
Nu legde hij uit: “Jij zei dat leeftijd je niet uitmaakte, dus heb ik het zo gelaten, maar voor mijn verjaardag moet ik mijn echte leeftijd zeggen.”
Dat klonk aannemelijk.
“Wie 70 wordt is gezegend door de heer. Na je 70ste verjaardag leef je elke dag in gods genade. Dan ben je een bijzonder mens. God heeft een bedoeling met je. Ja, ik geloof dat. Het staat in de bijbel. Ik heb veel respect voor je. 70 Jaar, je hebt veel gedaan en nog zo jong, kijk nou die benen, soepel, strakke spieren, hoe kan dat.”
Hij pakte mijn been zoals ooit een oude vrouw had gedaan toen ik nog echt jong was en zij de leeftijd had die ik nu heb.
(tekst © Vlierbloesem)
(muziek © Jimmy Sax)
Wat kan iemand beinvloed worden door “geloof”.
LikeGeliked door 1 persoon
Hij was zwaar getraumatiseerd door dat auto ongeluk en de dood van zijn vrouw toen de pastor hem vertelde dat het door de duivel kwam en wat hij daar tegen moest doen. Dan is iemand makkelijk beïnvloedbaar, dat kan ik begrijpen. Maar wat die pastor hem zei te doen, vind ik op zijn minst slechte raad.
LikeLike
en eigenlijk niet eens door het geloof maar de interpretatie die de mens eraan geeft en nodig vind omdat de ander op te leggen. die daar in mee gaat ondat hij gelooft dat diegene het beste met hem voorheeft.
LikeGeliked door 1 persoon
Of die pastor zelf geloofde wat hij zei, dat weet ik niet. Mijn vriend geloofde wat die man zei en gaf er gehoor aan, waarmee hij zichzelf enorm heeft benadeeld. Hij werd geholpen door de kerk, zegt hij, maar dit kan ik geen hulp vinden. Naar mijn idee hebben ze hem nog dieper de put in geholpen. Hoewel hij denkt dat hij zelfmoord zou hebben gepleegd als die mensen zich niet met hem bemoeid zouden hebben.
LikeLike